Het loslaten en ondergaan is begonnen
Gisteren had ik eindelijk mijn kennismakingsgesprek met de oncoloog. Ik kreeg de uitslag van de pet-scan en mijn behandelplan.
Het ging mis met de bevestiging van de afspraak, die ik nog niet ontvangen had. Toen ik gistermiddag thuiskwam, zat die in de brievenbus. Een beetje laat als ik om 11.00 uur al de afspraak had.
Ik was nog nooit op oncologie geweest en had dus geen idee hoe het werkte. Ik zag wel de wachtruimte, maar er stond nergens waar je je moest aanmelden. Dat bleek dus ergens om een hoekje te zijn.
Bij de balie vroeg de verpleegster heel vrolijk: βHoe is de pijnscore vandaag?β
Ik keek haar verbluft aan en antwoordde op dezelfde, vrolijke toon: βNul, want ik ben nog niet begonnen met de behandeling.β
Afwachtend volgde ik de oncoloog toen hij ons binnenriep. Hij ging ervanuit, dat ik het plan en de uitslagen al had gekregen. Nee, dat had ik niet. Snel maakte hij het belangrijkste nieuws bekend: de pet-scan zag er perfect uit. Geen verdere plekken gevonden, behalve in mijn borst en oksel. Zorgvuldig legde de oncoloog alles uit.
Wat een fijne man! Mijn vertrouwen was weer terug.
Ik had gevraagd om een cold pack voor op je hoofd tegen haaruitval, maar dan nog was de kans groot, dat ik mijn haren zou verliezen. Dat risico was mij te groot, dus ik besloot de kapper te bellen om een afspraak te maken om het eraf te laten knippen.
Gewoon pech
Gisteren kwamen we een tante tegen, die me meewarig βpechvogeltjeβ noemde.
Aan dat woord heb ik een hekel. Ten eerste was het de toon en die hekel aan het woord heb ik gekregen na het overlijden van mijn eerste man. Ik heb ook een hekel aan het woord zielig.
En toen kwam de oncoloog er opnieuw mee: βU rookt niet, u drinkt niet, er is geen borstkanker in de familie. U heeft eigenlijk gewoon pech.β
βNou,β zei Ruud, βDat woord zou ik niet gebruiken.β
Verderop in het gesprek gebruikte ikzelf een keer het woord βpech,β waarop de oncoloog lachend zei: βU zegt het nu zelf. Ik durf niet meer.β
Kijk, met zulke mensen kan ik praten!
Aan het eind vertelde de oncoloog: βIk ga alles in het dossier zetten en u krijgt vanzelf bericht.β
βDus ik moet het allemaal afwachten?β
βPrecies.β
βDat wordt lastig, want ik ben een control freak.β
Hij antwoordde grijzend: βJa, dat wordt dan lastig voor mensen zoals u.β
Oeps, kent hij me nu al?
Het precieze behandelplan is afhankelijk van de tumor.
Hoe reageert de tumor op de chemo? Geen idee! Het is een kwestie van afwachten.
Hoe reageer ik op de chemo? Ik heb geen glazen bol, dus ik weet het niet. En soms is het denk ik: Het is ook maar goed om niet alles te weten.
Ik ben nog teruggegaan naar mijn werk, maar merkte dat concentreren even moeilijk was. Ik voelde me verscheurd door mijn ziekzijn, het uit handen geven van alles wat met mijn ziekte te maken heeft Γ©n mijn werk goed willen doen. Mijn gezondheid is het belangrijkste, ik weet het, maar ik voel me nog steeds verantwoordelijk voor mijn werk. Ik merkte dat het me te veel werd en heb me toch ziekgemeld.